Dit is een artikel uit: Knack van: 9 December 1998

 

 

Voor rijke stinkers

 

Het kasteel van Seneffe pronkt met de mooiste parfumflacons uit de achttiende eeuw.

Piet Swimberghe

 

 

Met een mondje Frans en veel parfum verdeelde de Europese high society ooit haar wereld in in sociale klassen, een exquise vorm van apartheid. Rijke lui keken op naar parfumstad Parijs. De dame die een dure parfumflacon uit haar handtas tevoorschijn kon toveren, imponeerde haar gezelschap. Met een flesje dat een commedia dell'arte-figuur voorstelt, bewees ze dat ze alles afwist van moderne opera. Een flacon met een amoureus boerenpaar was een stille verwijzing naar het bezit van een groot landgoed.

 

Sampson parfumflesje 1860

 

 

 

 

Parfumflacons hadden de status van de dure polshorloges van tegenwoordig : je liep er niet constant mee te pronk, maar kon ze zo nu en dan eventjes laten zien. Hoewel maar enkele centimeters groot, zijn het altijd opvallende kleinodiën geweest. In de oudheid waren het helgekleurde glazen flesjes, tijdens de Verlichting doorgaans welgevormde porseleinen recipiënten met een haarfijne beschildering.

 

 

Webb Burmese 1886 (Londen)

Handbeschilderde flacon 1888

Flacon 1870

 
 
De uitdrukking rijke stinkers komt uit die tijd. Rijkaards stonken immers : ze toiletteerden zich wel dagelijks. maar namen nauwelijks een bad, dat mocht niet. Mondaine dames namen uitgebreid de tijd voor het toilet : kapsel, make-up en kleding. Voor de make-up werd een dikke laag fond de teint op het gezicht aangebracht met een rode blos op de wangen. Met kleine stukjes zwarte zijde werden daar op ook mouches, vliegjes, gekleefd. Vervolgens kwam de kapper aan de beurt en werd het toilet afgerond met een stevige geut parfum.

 

Poederdoos uit 1900

Onder het bewind van Lodewijk XV was het  de regel om elke dag van parfum te veranderen. Joost mag weten hoe dat mogelijk was zonder zich grondig te wassen. Parfums dienden dus lichaamsgeuren te onderdrukken. Eigenlijk was zelfs een theekransje een ware marteling voor het reukorgaan. De weeïge combinatie van oude en frisse parfums met lichaamsgeurtjes zette een domper op elk festijn.

 

Zilveren flacon 1890

Het parfumflacon was niet het enige wapen tegen geurtjes. In de kleine handtassen van rijke heren en dames staken ook fijn versierde doosjes met zuigtabletten voor een frisse adem. Dames bezaten naast de parfumflacon ook flesjes met een geparfumeerd mengsel van vlugzout en azijn. Door het gebruik van erg toxische make-up en het overdreven insnoeren van korsetten vielen ze immers dikwijls in zwijm. Met dit straffe goedje werden ze bij hun positieven gebracht.

 

 
  In het midden van de achttiende eeuw kwam een variant van het baden in de mode : het schuimbad. Van een grondige reiniging was er weer geen sprake : zo'n bad was een onderdompeling in parfum... Dat kon bijvoorbeeld met eau de cologne. De Fransen bezetten Keulen gedurende de zevenjarige oorlog (1756-1763) en introduceerden in hoofdstad het Keulse water, dat in een mum van tijd populair werd.

 

Boldoot 1790

 

 




Deze pagina is voor het laatst bijgewerkt op 16 Juli 2006